Buitenpaprika

Biologisch - 0,2 gram - ca 30 żaden

Een heerlijke Buitenpaprika. Deze wordt rijp, zelfs rood, op de vollegrond en in een normale zomer. Het is een stevige plant, die vrijwel geen steun nodig heeft. De vorm is traditioneel, rechthoekig en soms ook puntig. De paprika krijgt een hoogte van ongeveer 60 cm. Ook rauw erg lekker om te eten.

Voor de Zaderij vermeerderd door Jan Bulthuis.

De teelt van paprika's is niet eenvoudig. Hieronder vindt u een uitgebreide beschrijving van zaaien en telen van de paprika.

Zaaien:

Van 1 tot 15 maart kun je de paprika opkweken in een kweekbak. Deze kweekbak vullen met een mengsel van grof wit zand en potgrond. De zaden vermengen met grof wit zand en goed roeren. Dan behoedzaam uitstrooien, goed verdelen, in de kweekbak.

Soms zie je het voorschrift van 1 zaadje in één potje. Dat is niet nodig. De plantjes zijn sterk genoeg om ook dicht tegen elkaar te kunnen groeien. De zaden bedekken met 1 cm mengsel potgrond en grof zand en de aarde goed aandrukken en besproeien met lauw water. Daarna een beetje water geven met gieter.

Zorg dat er altijd een dun laagje water onder in de kweekbak staat. De zaden mogen geen moment opdrogen. Dus iedere dag besproeien en de kweekbak bijna dicht houden.

De kweekbak moet op een verwarmingsmatje staan, liefst in huis zodat de temperatuur in de kweekbak tussen de 22 en 25 graden blijft. De kweekmatjes zijn vrij verkrijgbaar en kosten tussen de 20 en 30 euro.

Controleer met thermometer de temperatuur en pas eventueel de stand van het matje aan. 22 tot 25 graden is warm, maar wel ideaal.

Binnen 2 weken zullen de plantjes opkomen. Als de plantjes 10 cm hoog zijn verspenen (d.w.z. verplanten) naar vierkante 9 cm potjes in potgrond naar warme plek met veel zonlicht. Regelmatig water geven met een beetje voedingsvloeistof.

Op 15 mei als de temperatuurverwachting een week lang boven de 15 graden is uitplanten naar de volle grond op 45 cm afstand.

Teelt:

Er kan geoogst worden van 15 augustus tot 15 oktober. Niet alle paprika's worden gelijk rijp. Ze gaan boven de 20 graden Celsius gewoon door met groeien, vruchten maken en rood worden.  Ze kunnen best een weekje droog staan, als de ondergrond maar vochtig is; dus het grondwater niet te diep of helemaal afwezig is. Continue regen is slecht voor de wortels en voor de vruchten. Water aan de oppervlakte mag al helemaal niet. Gebruik voor bemesting luzernekorrels aan of paardenmest. Kalk strooien (de grond moet licht basisch zijn) en patentkali. Op zandgronden is een groot kalium tekort. Snoeien hoeft niet maar je mag wel de onderste zijstengels afsnoeien. En als de plant dreigt te vallen of al scheef hangt dan met een stok en touwtjes rechtop zetten.

Regelmatig de bodem met de hak (eventueel met de schoffel) opschonen en luchtig houden. De grond mag nooit dichtslaan.